OKo op weg naar charter fair practices

Als kunstensector willen we professioneel en ethisch te werk gaan. Daarom werkt oKo aan een charter fair practices. De algemene vergadering van oKo keurde nu vier belangrijke principes in het kader van dat charter goed.

Waarom is een charter fair practices nodig?

  • Omdat het goed is om nu en dan in het openbaar oude geloftes expliciet te hernieuwen.
  • Omdat je geloftes nakomen een hefboom voor professionalisering is.
  • Omdat loon naar werk een mensenrecht is.
  • Om de gesprekken daarover helemaal in het volle daglicht plaats te laten vinden.
  • Omdat we op een gegeven moment allemaal wel eens opdrachtgever, dan weer opdrachtnemer zijn.
  • Omdat er grenzen zijn aan plantrekkerij en aan de beschikbare middelen.
  • Omdat  al dan niet aan middelen geraken steeds minder bepaald wordt door je persoonlijke inzet of je artistieke waarde.  
  • Omdat steeds meer willen doen met steeds minder middelen, uiteindelijk collectieve zelfmoord is.
  • Om het trickle down effect naar de parallelle wereld van onbetaald werk, grijze zones en onderfinanciering een halt toe te roepen.
  • Omdat we met gemeenschapsgeld werken.
  • Om de neerwaartse spiraal te stoppen.

Wat moet je je voorstellen onder het charter fair practices?

Het charter fair practices definieert heldere en eerlijke principes en praktijken, en dat voor podiumkunsten en muziek, van pop tot klassiek, én voor beeldende en audiovisuele kunsten. Iedereen die creëert, speelt, tentoonstelt, cureert en resideert zal ermee aan de slag kunnen. Opdrachtgevers dus, maar ook opdrachtnemers. Producenten en coproducenten. Presentatieplekken en bespelers. Voor al die partijen moet duidelijk worden wat dat is, een correct kunstenaarshonorarium, of een juiste uitbetaling van rechten. En hoe fair practices kunnen verschillen al naargelang de context –zonder daarbij ooit de juridische en solidaire basisprincipes ter discussie te stellen. Aan de basis van al dat werk ligt een sterk besef van verantwoord ondernemerschap en van de sociale verantwoordelijkheid die organisaties en individuen hebben ten aanzien van de individuen die ze tewerkstellen.

Het charter zal bestaan uit twee onderdelen:

  1. Een richtinggevend kader met algemene principes en afspraken. 
  2. Een toolbox met instrumenten waar iedereen in de sector mee aan de slag kan en die onderhandelingsgesprekken transparanter, fairder en makkelijker kunnen laten verlopen. Tools om het charter te realiseren dus.

Wat zijn de algemene principes?

De algemene vergadering van oKo keurde op 25 juni de vier principes goed van het richtinggevend kader. Hierop willen we in de komende weken en maanden concrete afspraken baseren. Dit zijn de vier principes:

  • Solidariteit: Wie mensen aan het werk zet, heeft een sociale verantwoordelijkheid, of dat nu in een eenmalige experimentele context is of in het kader van een lange tewerkstelling in een gevestigd huis. Kunstenaars en kunstwerkers moeten kunnen rekenen op een correcte vergoeding en een veilige werkomgeving. Daarbij moet er vooral aandacht gaan naar de groeiende groep freelancers.
  • Transparantie: We moeten weten waarover we spreken. Letterlijk dan. Alle partijen moeten geïnformeerd aan de onderhandelingstafel kunnen komen, zodat er geen semantische discussies ontstaan over begrippen als ‘uitkoopsom’ en ‘coproductie’. We zijn dus transparant over wat we verwachten in welke context. Maar ook over onze middelen: niet alleen naar elkaar, maar ook naar de overheid toe.
  • Duurzaamheid: We moeten elkaar ondersteunen om duurzame loopbanen uit te bouwen en verder te professionaliseren. Om aan kennis-en ervaringsopbouw te doen. Dat kan alleen als tewerkstelling gebeurt binnen de geldende kaders en onder correcte voorwaarden.
  • Verantwoordelijkheid: Artistieke samenwerkingen zijn precies dat: samenwerkingen. Ze ontstaan in gedeelde verantwoordelijkheid en vanuit een wederzijds vertrouwen. Uiteindelijk trekken we allemaal aan hetzelfde zeel. En dat kan enkel als alle betrokkenen de nodige inspanningen leveren. Daarom is het belangrijk dat we de andere partij leren kennen en zijn of haar inzet, risico en engagement op alle niveaus waarderen.

Welke stappen wil oKo nog zetten?

OKo zal nog:

  • Concrete afspraken formuleren met aandacht voor de specificiteit van verschillende disciplines en soorten spelers in de sector om de principes te verankeren in de praktijk. Anders dreigen de principes discours te blijven.
  • Een toolbox ontwikkelen waarmee iedereen in de sector (dus ook niet-oKo-leden) aan de slag kan om de principes en afspraken naar de praktijk te vertalen. Het zijn handvatten om op basis van een gelijkwaardig partnerschap en met kennis van de regelgevende kaders in een samenwerking te stappen. In de toolbox zitten cao’s, handleidingen, checklists, modelcontracten, berekeningstools en links naar interessante info van oKo of onze partners.

Hoe gaan we dat doen?

In nauwe samenwerking met alle oKo-leden bepalen we welke afspraken mogelijk zijn en welke tools nuttig. Dat gebeurt in de verschillende oKo-werkgroepen. Tegelijkertijd zitten we samen met belangrijke partners uit de kunstensector. Bovendien willen we in focusgroepen freelancers vragen om feedback te geven over de afspraken en tools die we uitwerken. Zo willen we garanderen dat iedereen ermee aan de slag kan.

Timing

We willen het charter (de afspraken én de toolbox dus) tegen eind 2019 afwerken. De algemene vergadering van oKo zal er in december zijn goedkeuring over kunnen geven. Vanaf 2020 beginnen we dan met de implementatie ervan, met onder meer een brede informatiecampagne binnen én buiten het oKo-netwerk.

Beeld: kunstZ - Stadsparadijzen (c) Karolina Maruszak

Zie ook: